, [], Whether a man in grace can merit eternal life condignly?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En indien wij kinderen zijn, zo zijn wij ook erfgenamen, erfgenamen [50]van God, en [51]medeerfgenamen van Christus; zo wij anders [52]met [Hem] lijden, opdat wij ook [53]met [Hem] verheerlijkt worden. 50. Namelijk als van onzen Vader, die ons met zich deel geeft aan zijn hemelse goederen. 51. Namelijk als van onzen eerstgeboren broeder, dien dezelve van natuur toekomen, en die ons dezelve mede deelachtig maakt uit genade. Zie vs.29; Luk.22:29; Hebr.1:2. 52. Dat is, gewillig zijn om te lijden, en in hetzelve lijdzaam, als het God belieft ons daartoe te roepen; Hand.5:41; 2 Tim.2:12. En hier begint de apostel het tweede deel van dit hoofdstuk, stellende verscheidene grondige redenen van troost voor, om de gelovigen in dit lijden te versterken, en van de eindelijke overwinning, naar zijn voorbeeld, te verzekeren. 53. Namelijk Christus, Fillip.3:20,21.